Image

 

‘Gelukkig Vlaanderen dat zulk een man ter wereld mocht brengen. Leve Adriaen, glorie van de Muzen!’

(Cypriaen de Rore 1568)


 

Met de steun van de Adriaen Willaert Stichting en van Marnixring Internationale Serviceclub, kreeg Adriaen Willaert, een van de belangrijkste Europese componisten uit de eerste helft van de 16de eeuw, eindelijk  een passend huldemonument in de Rodenbachstad Roeselare.

 

Omstreeks 1490 zag Adriaen Willaert het levenslicht in de Roeselaarse deelgemeente Rumbeke, in een gegoede ambtenarenfamilie. Na onderwijs, vermoedelijk aan de Brugse kathedraalschool van St.-Donaas, studeerde hij even aan Leuvense universiteit, om dan rechten te gaan studeren aan de prestigieuze Sorbonne te Parijs. Daar kwam hij in de ban van de muziek. Zijn leermeester, Jean Mouton uit de streek van Boulogne, was toen hofcomponist van de Franse koning. Dank zij deze royale connecties belandde Adriaen in 1515 in Vaticaanse kringen. Italië was in de renaissancetijd het mekka van de Europese cultuur. Vele kunstenaars en geschoolde artisanale ambachtslui uit de Nederlanden waren er actief. Willaert werd in Rome in 1520 als hofcomponist aangeworven door kardinaal Ippolito I d’Este, een notoir kunstmecenas.

Samen met de hofhouding van de kardinaal pendelde hij van 1515 tot 1520 tussen Rome, Milaan en Hongarije. In 1520 trad hij als hofcomponist in dienst van hertog Alfonso I d’Este van Ferrara, toen gehuwd met Lucrezia Borgia, dochter van paus Alexander III. Na de dood van de hertog werd kardinaal Ippolito II d’Este zijn broodheer van 1525 tot 1527.

 

De doge van de republiek Venetië kocht in 1527 de succesvolle Willaert weg van Ferrara. Adriaen werd, tot zijn dood in 1562, kapelmeester van de San Marcobasiliek en gevierd componist in staatsdienst. Dankzij het innoverend drukprocedé voor muziekpartituren dat toen in de lagunestad in première ging, raakte zijn muzikaal oeuvre snel verspreid in de vele Europese hofkapellen en muzieksalons.

 

Volgens ereprofessor musicologie Ignaas Bossuyt was Willaert een pionier die als componist en muziekpedagoog erin slaagde om de hoge technische kwaliteit van de polyfonie uit de Nederlanden op een unieke en perfecte manier te versmelten met de nieuwe, vooral door zijn toedoen, ontwikkelde Venetiaanse stijl. Niet voor niets schreef Ronsenaar  

Cypriaen de Rore, als toondichter eveneens actief in Noord-Italië, in zijn huldemotet ‘In mortem Adriaen Willaert’ uit 1568: “Gelukkig Vlaanderen dat zulk een man mocht ter wereld brengen. Leve Adriaen, glorie van de Muzen!”

 

Als muzikale prelude op de onthulling van het monument organiseerden de Adriaen Willaert Stichting en de beide lokale Marnixringen (Roeselare Adriaen Willaert en Roeselare Tielt De Blauwvoet) op vrijdagavond 16 juni een opmerkelijk huldeconcert aan maestro Adriano in de Roeselaarse St.-Michielskerk. Het concert was opgebouwd rond de opposante thema’s ‘Hemelse liefde - Sancta Maria’ en ‘Wereldse liefde - Amica mea’ en bestond uit een confrontatie van oude muziek uit de renaissance en prebarok met hedendaagse composities. Uitvoerders waren het Roeselaars Kamerkoor, sopraansoliste Amaryllis Dieltiens en een instrumentaal gelegenheidsensemble onder de algemene leiding van Bart Naessens. Mia Pieters zorgde voor streepjes passende poëzie.

 

Het gloednieuwe huldemonument in brons en blauwsteen werd plechtig onthuld op zaterdag 1 juli op het St.-Michielsplein te Roeselare. Opvallendste element van het monument is een bronzen buste van kunstenaar Ron

Deblaere. Het concept ging uit van de Adriaen Willaert Stichting, de financiering gebeurde door de Marnixring.

 

De academische feestzitting vooraf vond plaats in de Sint-Michielskerk. Raoul Boucquey, voorzitter van de Adriaen Willaert Stichting, bezieler van het initiatief en MR-lid, schetste voor de genodigden met woord en beeld ‘De geboorte van een monument’.

Dr. David Burn , proffessor musicologie (KUL) zette het internationale muzikale belang van Adriaen in verf. Jan Verleysen, algemeen voorzitter van Marnixring internationaal duidde het culturele belang van onze heel-Nederlandse serviceclub. Tussendoor werd de zitting verlucht met muziek van Adriaen uitgevoerd door orgel, hobo’s en kopers gecoördineerd door Dirk Blockeel.

 

Het monument zelf werd, onder Willaertse beiaardklanken, onthuld door burgemeester en MR-lid Kris Declercq samen met Lieven Bonte, voorzitter MR Roeselare Adriaen Willaert, en Lieven De Brabander, voorzitter MR Roeselare Tielt De Blauwvoet. Het slotwoord was voor schepen van cultuur Dirk Lievens (eveneens MR-lid). Er volgde een daverende Vlaamse leeuw en een gulle receptie aangeboden door het stadsbestuur.

 

 

Raoul Boucquey,

MR Roeselare Tielt De Blauwvoet

Over dit bericht

Ring:
MRIS

Gepubliceerd op:
19 september 2017 21:12